Veel organisaties zijn zich er niet eens van bewust, want zij doen het al zolang op deze manier! Maar wanneer je naast je hoofdproduct verzekeringen aanbiedt ter afdekking van specifieke risico’s; als defecten, verlies, schade, ziekte of ongeval, is de kans heel groot dat je wordt aangemerkt als nevenverzekeringstussenpersoon en je onder de IDD bijscholingsrichtlijnen van de FSMA valt!
Zeker nu het wetsvoorstel uit 2024 om de vrijstellingsdrempel van € 200 naar € 50 te verlagen, nog steeds op tafel ligt.
Iedere natuurlijke of rechtspersoon met hoofdzetel in België die naast zijn niet-financiële hoofdactiviteit ook verzekeringen aanbiedt, moet zich inschrijven als nevenverzekeringstussenpersoon bij de FSMA. Buitenlandse actoren met zetel buiten de EER zijn eveneens inschrijvingsplichtig bij activiteiten in België, terwijl actoren uit andere EER-landen zich moeten inschrijven in hun eigen lidstaat.
Om te bepalen of inschrijving vereist is, gelden vier toetsvragen:
Vrijstelling van inschrijving is enkel toegestaan wanneer de verzekering een aanvulling vormt op uw hoofdactiviteit én beperkt blijft tot specifieke risico’s, zoals defect, verlies of beschadiging van het verkochte goed, het niet-gebruik van een dienst of het risico van verlies of beschadiging van bagage en andere risico’s die verbonden zijn aan een reis.
Daarnaast mag ook de premie niet hoger zijn dan € 200 per jaar (exclusief taksen), pro rata berekend. Voor kortlopende diensten van maximaal drie maanden geldt een afwijking: dan mag de premie per persoon maximaal € 200 bedragen, zonder herberekening op jaarbasis. De FSMA benadrukt expliciet dat alle vrijstellingsvoorwaarden cumulatief vervuld moeten zijn om aanspraak te maken op de vrijstelling.
Twijfelt u of uw aanbod onder deze vrijstelling valt? Laat u adviseren – want onwetendheid biedt geen bescherming tegen toezicht.
Vrijstelling van inschrijving betekent niet dat u zomaar vrij spel hebt. Ook als vrijgestelde nevenverzekeringstussenpersoon moet u consumenten correct informeren en producten aanbieden die passen bij hun behoeften. U hoeft de uitgebreide gedragsregels van de Wet Verzekeringen niet zelf na te leven, maar de verzekeraar of tussenpersoon waarmee u samenwerkt moet wél garanderen dat aan een aantal essentiële verplichtingen wordt voldaan.
Zo moet de klant op voorhand heldere informatie krijgen over de verzekeraar, de klachtenprocedure, de kernkenmerken van het product. Ook dient het informatiedocument (IPID) aan de klant verstrekt te worden. Verder moet nagegaan worden of het aangeboden product overeenstemt met de verwachtingen van de klant, en of de informatie duidelijk, correct en niet misleidend is. Publiciteit moet herkenbaar zijn als dusdanig, en de verkooppraktijken mogen niet in strijd zijn met het belang van de klant.
Ten slotte geldt dat ook wie in direct contact staat met de klant – bijvoorbeeld winkelpersoneel – voldoende vertrouwd moet zijn met de producten om ze correct toe te lichten. De FSMA ziet er streng op toe dat verzekeraars of tussenpersonen deze regels afdwingen. Vrijgesteld zijn, betekent dus niet vrijgesteld van verantwoordelijkheid.
Vandaag kan een nevenverzekeringstussenpersoon die verzekeringen aanbiedt met een jaarpremie tot € 200 (exclusief taksen) gebruikmaken van een vrijstelling. Hierdoor zijn ze niet verplicht zich te registreren bij de FSMA, vallen ze buiten het formele gedragstoezicht en geldt er geen verplichte bijscholing. En zijn er dus ook minder garanties voor de consument.
Precies daar wringt het. Uit klachtenanalyses en onderzoeken, onder meer over gsm- en reisverzekeringen, blijkt dat deze (niet-)vrijgestelde aanbieders vaak weinig kennis hebben van verzekeringsmaterie. De Ombudsman van de Verzekeringen kaart regelmatig de stijging van het aantal klachten aan over deze verzekeringen, verkocht via winkels, waar verkopers zelden vertrouwd zijn met de reikwijdte van polisvoorwaarden of de wettelijke informatieplicht. Dit zorgt niet alleen voor oneerlijke concurrentie met verzekeringstussenpersonen, aldus een beroepsfederatie, maar leidt ook tot misbruik, zoals blijkt uit meerdere jaarverslagen van de Ombudsman. En wat deze laatste onder de aandacht brengt, blijft zelden zonder gevolg in politieke kringen.
Met het hernieuwde voorstel – in 2022 was er al een gelijkaardig wetsvoorstel – om de vrijstellingsdrempel te verlagen naar € 50 zou een veel groter segment van deze tussenpersonen onder toezicht komen te vallen. Dat is logisch vanuit consumentenbescherming, maar impliceert tegelijk een stevige aanpassing voor wie vandaag nog buiten beeld blijft.
En dat is waar het schoentje een tweede keer wringt. Veel ondernemingen, zelfs wanneer deze drempelverlaging nog niet doorgevoerd is, denken vandaag best na over compliance en opleidingsstrategieën, inclusief bijscholing.
Nevenverzekeringstussenpersonen die niet onder de vrijstelling vallen, dienen per kalenderjaar minstens 3 uur bijscholing te volgen. Dit geldt zowel voor:
Het lijkt weinig – drie uurtjes – maar vergis u niet: de FSMA stelt duidelijk dat ook deze opleidingen moeten bijdragen aan de beroepskennis, vaardigheden en gedragsregels die bij de verzekeringspraktijk horen. Voor de meeste functies moeten de opleidingen plaatsvinden bij vergunde opleidingsorganisatoren en vergezeld zijn van een deelnameattest. Enkel voor PCP’s geldt een afwijking: zij hoeven hun opleidingen niet per se bij een vergunde opleidingsorganisator te volgen. Een globaal opleidingsplan, dat door de werkgever wordt bijgehouden en bij controle kan worden voorgelegd, volstaat.
Waarom het ingewikkeld maken als het ook efficiënt en compliant kan?
Het statuut van nevenverzekeringstussenpersoon mag dan ‘licht’ lijken, het toezicht is dat allerminst – zoals blijkt uit recente schrappingen uit het register, administratieve sancties en minnelijke schikkingen door de FSMA wegens non‑compliance.
Quote FSMA over FNAC: “Medewerkers bij een ingeschreven nevenverzekeringstussenpersoon die in contact staan met het publiek en verzekeringscontracten adviseren of verkopen, moeten bepaalde theoretische kennis bezitten. Ongeveer 20% van de FNAC-medewerkers beschikten niet over de vereiste theoretische kennis. Dit mondde uit in een minnelijke schikking van € 100.000.”
De huidige vrijstellingsdrempel biedt vandaag nog speelruimte, maar dat kader staat onder druk. Wie nú al investeert in vakkennis, wapent zich niet alleen tegen toekomstige verplichtingen, maar versterkt ook het vertrouwen van klant én toezichthouder.
Wilt u weten wat uw bijscholingsplicht precies inhoudt? Of zoekt u een erkend opleidingsaanbod op maat? Neem vandaag nog contact met ons op of sluit hier een kosteloos proefaccount Advisors Up-to-date af.
Want wie voorbereid is, loopt altijd voor.
Bron: Up-to-date
Kijk dan ook eens bij Up-to-date.
Up-to-date staat boordevol interessante artikelen en is een 100% actuele, praktijkgerichte en artikel gebaseerde adaptieve e-learning. Waarmee je gemakkelijk voldoet aan de verplichtingen van de geregelde bijscholing vanuit de IDD, FSMA & ITAA.
Het abonnement om je kennis en vaardigheid met focus op (o.a.) Pensioen, Collectief Pensioen, Lijfrente, Echtscheiding, Estate Planning en Life Events, up-to-date te houden en door te ontwikkelen. Praktijk gericht, fiscaal georienteerd, boordevol actualiteiten en PE-geaccrediteerd.